Belgische amateurwielrenners laten in het Belgische Heffen maar weer eens zien waarom men ze uitspuugt

| door Henry Hardcore

Antwerpen voelt toch wel enigszins grootstedelijk, Brussel een ietsiepietsie internationaal, maar wie halverwege op de rem trapt komt in Mechelen terecht. En dat is dus een compacte stad die alles in huis heeft voor een dagje rondjes sjouwen en een beetje om je heen koekeloeren. Historie? Check: van de kolossale Sint-Romboutstoren tot het Groot Begijnhof en de Grote Markt. Maar het is geen stoffig openluchtmuseum waar je doorheen loopt, want Mechelen leeft ook wel. Hippe koffietentjes, creatieve restaurantjes en een stevige biercultuur dankzij brouwerij Het Anker. Oftewel, best geinig dat Mechelen en omgeving.

Toch zit er ook op deze plek, net zoals bij zoveel Belgische hotspots, een smetje. Die Belgen zijn namelijk zo’n beetje allemaal idolaat van wielersport. Of het nou met een racefiets door de bagger ploeteren is of zo snel mogelijk van A naar B koersen: ze vinden het prachtig, onze buurtjes aan de zuidzijde. En mede daardoor gaan amateurwielrenners de profs nadoen, denkende dat ze de weg wel kunnen overnemen alsof ze de enigen zijn die er gebruik van maken.

Hier een voorbeeldje: voorstadje van Mechelen, Heffen. Een hele kudde van die Lambiekjes op snelle fietsjes die links en rechts om een bestelbusje heen moeten om “het peloton” niet te missen. Wat een stelletje dwazen bij elkaar. Echt, dit alleen al is een reden om België te mijden.

Lees ook

Lees het artikel op de mobiele website

Net binnen

Bekijk meer artikelen